Voor de derde keer met Droomreis Tanzania op avontuur
Met alleen geluid van vogels en de wind. In een prachtig hutje van de Masai Lodge, gelegen tussen Mt Meru en Mt Kilimanjaro. Een rit na onze KLM vlucht door het donker over iets dat – af en toe – misschien wel – op een weg leek.
Heerlijk zo’n eerste dagje luieren. Grote wens van Geert: nu eindelijk de Kilimanjaro zien. Zitten we op de uitkijk bovenop de heuvel. Soms wijken de wolken even en zien we een bergrug, en een stukje top? Ik kijk eens op het kompas. We blijken richting zuidwest te kijken. Oef, onze blik is al 1,5 uur gericht op Mt Meru. Voor de Kilimanjaro moesten we richting Oost kijken.
Via Moshi naar de Coffee Lodge
Gabriël, onze gids startte na de lunch ‘onze’ safari-jeep. Zo’n grote Toyota (van Droomreis Tanzania) helemaal voor onszelf. De Masai deden ons vrolijk zingend uitgeleide.
Toen bleek dat de reis waar we in het donker wat langer over deden, nu binnen een uur klaar was. Wel zo fijn. Langs de weg veel schoolkindertjes, brommers, allerlei bedrijvigheid. In Moshi een stop voor een shop.
Na Moshi kwamen we in een heel ander landschap. Groen, water in slootjes, vijvertjes. En even later koffiestruiken onder hoge bomen, steeds meer. Het leek nu meer op de tropen. Dat alles onderaan de voet van de Kilimanjaro. Die zich eindelijk liet zien. We streken neer in onze ‘familie-villa’ in de Coffee Lodge, met een prachtige binnentuin.
“From bean to coffee”
We leren vandaag alles over het groeien, plukken, maken en proeven van koffie én thee. We leren dat de plukkers uitbetaald krijgen in gewicht van goede “cherries”. Dat zijn alle behalve de groene. Maar de rode zijn “best quality”.
We hebben zoveel nieuwe informatie moeten verwerken dat we helemaal vergaten foto’s te maken.
MKomazi National Park Dag 1,2
3 dagen in het park. De safari-jeep in, dak omhoog, de verrekijker op de neus en spotten maar. Eigenlijk hadden we al om 6 uur op het eigen terras de mooiste beelden. We keken neer op een soort van kleine migratie van olifanten (ook schattige kleintjes), veel giraffes en zebra’s, kudu’s, elanden, antilopen en buffels. Waarnaartoe? Geen idee. Het water was de andere kant op.
Maar tussendoor lekker lunchen en luieren in het Camp, halverwege de berg.
MKomazi National Park Dag 3
De volgende dag bezochten we de “Sanctuary “ van de zwarte neushoorn. Dit was ons aangekondigd als mogelijk enigszins kunstmatig. Dus onze verwachtingen gingen in de richting van een Artis- beleving. Dat pakte anders uit.
We werden ontvangen door een reus van een man die duidelijk de leider was van het 25-koppig team van Rangers. Hij nodigde ons uit om plaats te nemen in de bekende open safari jeep. We kozen voor de stoelen direct achter de chauffeur. Toen bleek dat de leider zelf plaats nam achter het stuur. Een gevoel van belangrijkheid overspoelde ons. De chef was immers onze chauffeur!
De rit startte bij een bezoek aan de stallen waar de drie dierenartsen hun tenten hadden opgeslagen. Er was 1 drachtige neushoorn, die zich leek te vergrijpen aan onze auto door met haar krachtige neus de onderkant van de auto te testen.
Daarop stuurde de chef de jeep off-road. Via de portofoon had de chef contact met een Ranger die in de hete zon drie neushoorns achtervolgde. De landrover baande zich een weg door de bush. Als een olifant ontwortelde de landrover de bomen. Te langen leste ontwaarden we de drie geweldige rhino’s. Imposant.
Van de bush naar de zee: de Indische Oceaan
Maar niet over de gewone weg. Nee veel te druk, vol met vrachtwagens etc. Gabriël had een beter plan. Helemaal door het MKomazi-park naar de oost-gate Umba. Een geweldig avontuur. Het werd een soort van Parijs-Dakar Rally. Precies op de cruciale punten was er iemand om de weg te vragen. Af en toe stopten we voor een blik op plotseling aanwezige Olifanten en Giraffen..
Een dagje nixen
Nou ja, druk met ontbijten, lunchen, dineren. Druk met drankjes drinken van de bar. Druk met verzitten van boven naar beneden en andersom bij de lodge. Druk met bijwerken van alle verhalen, druk met kijken over zee, naar de vissersboten. Druk met krant lezen, proberen of het douchewater nog warm wordt. Druk met zitten in de zon op ons privé-terras, zitten in de schaduw. Druk met het drooggevallen ‘wad’ verkennen. Druk met zwemmen in de Indische Oceaan vanaf ons privé-strandje. Alles goed verzorgd. Een huis waar je in verdwaald. Met zout binnenbad. En een geweldige view.
Morgen weer reizen. Onze eerste hele dag vliegen. Op naar het zuiden.
Van Noord naar Zuid
We laten de lodge achter ons. We kregen een lift van de vrouw van de baas van Fish Eagle Point naar het vliegveld in Tanga. Een uurtje rijden, en ze heeft ons ook dat hele uur bij gekletst. Het leven aan de Oostkust vond ze ingewikkeld. Voor vrouwen in business is er weinig ruimte. Liever is ze in Arusha (Kilimanjaro).
Het vliegveld was klein maar fijn. Even wachten en de incheck was klaar. In de lounge zochten we naar iemand die de drankjes kon aanreiken. Geert keek es over de balie en plotseling schoot er een dame omhoog. Ze lag er blijkbaar op de grond te slapen.
Het vliegtuigje was op tijd. De piloot had een introducee meegenomen die die dag zijn hulpje mocht zijn. Met z’n vieren stegen we in. Drie kwartier naar Dar es Salaam. Hij steeg en steeg en steeg … waarom dan, dacht ik nog met mijn verkouden oor. We vlogen over Zanzibar en toen moest ie snel naar beneden. Want er zaten twee grote Airbussen achter ons. Maar verder alles goed gelukt en we landden veilig in Dar.
Op het vliegveld van Dar kwam alles ons nog bekend voor. We wachtten in de nieuwe lounge met echte cappuccino’s. We waren de enige (en laatste!) passagiers vanaf Dar naar de Selous. Een mooi tochtje van een half uur. Met de sunset over de rivier. Naast de strip waren ze aan het voetballen en de Impala’s aten rustig door. We werden warm onthaald door de chauffeurs van de lodge. Onderweg zagen we een grote kudde olifanten oversteken met twee ieniemienie. Dit voelde toch wel als een soort van thuiskomen. En na de hartelijke ontvangst van Shaun en Millie waren we echt thuis.
Onze eerste bootsafari
De boot vertrok om 06:30 uur. Ik had al veel bootjes gezien nabij Tanga. Dus de verwachting was een soort van kano, maar dat pakte anders uit. Glibberend en een beetje nerveus bewogen we omlaag. Wat we toen zagen was geweldig. Een prachtige vlakbodem met mooie safari-stoelen lag uitnodigend voor ons in het water. De Captain heette ons welkom en legde omstandig uit dat vrouwen altijd eerst voor mochten gaan. Ook als we later in het meer gingen zwemmen. Dan konden ze immers de aanwezigheid van krokodillen testen. Hij lachte zelf het hardst om zijn eigen mop. De reis zou zo’n 5 uur duren, zei hij.
Je kunt je voorstellen dat het spotten van dieren vanaf het water anders is dan vanuit een safari-auto. Echt geweldig!
Just another day in paradise. Om nooit te vergeten.
Op naar Mufindi, Klein Zwitserland met Tanzaniaanse temperaturen.
Na een warm afscheid bracht onze favoriete chauffeur Waziri ons naar de airstrip MTemere. Vlakbij. Maar natuurlijk nog even beestjes kijken onderweg. Het vliegtuig stond al op ons te wachten. De piloot had handschoentjes aan, een badge om en keek heel serieus. Het bleek Ben uit België te zijn, waar we al goede verhalen over hadden gehoord.
De vlucht naar Mufindi ging over de bergen en was nogal bumpy. Na een half uurtje landden we al, dit keer op het gras. Dat gaat ook goed.
Het was toch nog wel 1,5 uur rijden naar de Fox-farm. Het hart van de business van de Foxes (de VanderValken van Tanzania). We kwamen terecht in een soort Zwitsers landschap, met hoge heuvels, bergmeertjes, veel eucalyptusbomen, theeplantages, houtzagerijen, mensen die water uit een put haalden met een slingertje. Het is hier heel lieflijk en fris. En weer stil!
Kennismaking op de farm
Gisteren met Peter nog gesproken over ons activiteiten programma. Hij vertelde over diverse actieve hiking opties, vissen, tennis, badminton of bijvoorbeeld crocket. Maar wij vroegen Peter of hij ons door de Farm wilde leiden. Hij leek zichtbaar verrast. Ik benadrukte dat we zeer geïnteresseerd waren in zijn leven op de boerderij. Dat deed zijn aarzeling verdwijnen en we spraken af dat we na het ontbijt met hem de Farm rond gingen.
De bouw bleek een beetje vergelijkbaar met een Limburgse boerderij. Een vierkante binnenplaats met daaromheen ruimtes voor opleidingen, koffiebonnen malen, een vleesslagerij, een melkfabriekje (kaas en roombereiding), een koelruimte voor kazen, jam en melkproducten.
Van Mufindi naar Ruaha
Het ontbijt was vroeg. Want op onze weg naar het vliegveld gingen we eerst nog langs de ‘Children-Village’. In dit dorp wonen AIDS-weeskinderen uit de omgeving. Ook kinderen uit de omliggende dorpen uit probleemgezinnen worden er opgevangen en gaan daar naar school. Vanaf de baby’s tot aan de pubers.
Door naar het vliegveld. Of eigenlijk de grasbaan. We vlogen met John, een Amerikaan, soepel terug naar Ruaha. Hier werden we warm onthaald door Moyo. We herkenden elkaar zowaar nog. Hij was degene die (drie jaar geleden) de stropers ontdekte en erachter aanging bij de Ruaha rivier, nadat Mollie (onze host) naast onze oren in de lucht geschoten had. Sensatie!
Moyo nam ons mee op de lange tocht naar het Kichaka-kamp. Dik 4 uur rijden door de bush. Onderweg fabriceerde hij voor ons een heerlijke verse bushlunch. (Dit keer hoefden we niet eerst de leeuwen te verjagen, zoals in 2022). De jongens stonden ons weer vrolijk allemaal op te wachten bij het kamp. Met een verfrissend doekje en dito drankje. We herkenden ook Lucas en Murat nog.
De walking safari’s bij Kichaka Expeditions
Het was net 05:00 uur. De wekdienst bracht de thee en we stonden nog wat beduusd om ons heen te kijken. We zouden om half zes gaan ontbijten en direct daarna op pad met twee gewapende begeleiders. Onze gids Moyo liep voorop direct gevolgd door Ranger Alfred. We liepen eerst door een verdroogd “maan” landschap om in de buurt van de rivier te komen. De vegetatie veranderde zichtbaar. Rijen palmen wisselden af met baobabs en acacia’s.
Af en toe zagen we groepjes impala’s voor ons uitlopen. En keken giraffes nieuwsgierig naar ons vanachter de bomen. In de rivier zagen we een kudde buffels. We probeerden -door gebukt te lopen – dichterbij te komen. Maar ze kregen lucht van ons. En gingen ervantussen.
Weer terug naar de boomrand. Een korte rust in een schaduwrijk bosje met lekkere fudge van kokos en nieuw koud water. En een bush-toilet.
We gingen door. Plotseling stonden we bijna op zo’n 100 meter van een buffel. Wij waren verrast maar hij ook. De Ranger hield de omgeving in de gaten. Hij fluisterde dat er meer waren. Mojo keek gespannen en dirigeerde ons toen naar een plek wat hoger op de heuvel. Hij vertelde daarna dat hij het stampen van de achterpoten zag en hoorde. Voor hem was dat een signaal om ons direct -maar rustig- weg te leiden. Mannelijke Buffels waren het en ze hebben een uitstekend gezichtsvermogen en zijn – als losse units- erg gevaarlijk. Enigszins buiten adem vervolgden we de weg die de gids aangaf.
In ganzenpas zagen we zebra’s, giraffes en impala’s. We zagen bijen in de baobab, mooie vogels, en vele soorten poep die we moesten analyseren. En natuurlijk de sporen van civetkat, hyena’s, olifanten, en nog veel meer.
Terugblikkend hebben we tijdens deze wandeling heel veel geleerd over buffels, van spoorherkenning en het nut van de vele soorten poep.
Dat kwam van pas voor de volgende dag
We hadden de lodge nog maar net achter ons gelaten of we zagen een enorme stofwolk. Onze gids riep vanuit de rijdende landrover dat het wel buffels moesten zijn. Hij sprong uit de auto en riep: “volg mij!” De Ranger en wij kropen uit de auto en liepen gedwee achter Moyo aan.
Na enkele minuten ging onze Moyo door z’n knieën. Wij volgden zijn voorbeeld. Al kruipend bewogen we voorwaarts. M’n knieën knarsten door het hete zand. Gelukkig bleef de gids even zitten en wenkte dat we naar hem toe konden kruipen. Hij fluisterde dat de buffels een uitstekend gezichtsvermogen hebben en dat we niet bang hoefden te zijn. In een groep gedragen buffels zich als groepsdieren, zei hij. Mijn vertrouwen in buffels werd er niet beter op.
Plotseling kwam de hele meute in beweging en denderde rechts voor ons langs. Ik probeerde ze te tellen. Dat bleek een zinloze actie. Na 8 geteld te hebben, ben ik de telling gestopt. Moyo vertelde later dat het zeker 400 beesten betrof. De foto’s en video’s geven een mooi beeld van wat we gezien en beleefd hebben.
Terug in ons kamp hebben we een record hoeveelheid pizza’s genuttigd. Daarna hadden we ruim twee uur om lekker te ontspannen en af te koelen in ons zwembadje. Rond vier uur kwam Molli terug uit het “Fly Camp”. Hij kwam speciaal terug om samen met ons de volgende walking safari te doen.
Walking safari Elephants op 30 oktober
Mollie kennen we van ons bezoek in 2022. Zijn verhalen over de dieren en planten zijn buitengewoon. Over zijn favoriete vogels, bomen en dieren vertelt hij vol enthousiasme. We hangen als het ware aan z’n lippen. Gedurende de hele tocht worden we overspoeld met zijn humoristische en vaak treffende “stories”. Van de vorm van de bomen tot aan de communicatie tussen acacia’s. Te veel om hier in dit verhaal over uit te wijden.
Onderweg beslopen we een groep olifanten. Mollie pakte wat fijn zand en strooide het beetje bij beetje uit zijn vuist. Hij zag van welke kant de wind kwam. Zigzaggend, steeds tegen de wind in kwamen we steeds dichter bij de olifanten. We mochten niet meer spreken. Toen we op zo’n 50 meter stonden, wenkte Mollie dat we dichter bij hem konden staan. Van daaruit zagen we een baby olifantje driftig naar de melkklier zoeken bij haar moeder. Werkelijk een lieflijk en vreedzaam moment.
Vrijdag 31 oktober
We zouden vanuit Kichaka naar de airstrip worden gebracht. De KLM had onze vlucht geschrapt. De politieke situatie rondom Dar was te gevaarlijk.
We bleven uiteindelijk 3 dagen langer. Duidelijk werd dat we, dankzij de inspanningen van Wilma en Martin, op maandag 3 november huiswaarts konden gaan via Dar-es-Salaam, Nairobi naar Amsterdam.
Toch kwam er een eind aan deze heerlijke reis…
Een beetje weemoedig genieten we van ons laatste ontbijtje. We pakten voor het laatst onze tassen en vulden de tipbox aan de bar. Schudden de handen van de fantastische gastheren en stapten in bij Laiser in de Landcruiser.
Een rustig tochtje naar de airstrip in Ruaha. Onderweg zien we nog veel beesten en speuren we nog naar een luipaard. Maar helaas … die verstopt zich tot ons volgende bezoek.
We denken samen terug aan alle belevenissen in ‘ons’ Tanzania.
Tineke en Geert.





















































